Motorcross: Belgen scoren in WK en EK

Met een dubbele overwinning afgelopen zondag in de Grote Prijs motorcross van Frankrijk zet Clément Desalle zijn recent ingezette zegereeks voort. Jeremy Van Horebeek blijft goed volgen. En in de Europese titelstrijd bevestigen jonge talenten Jago Geerts en Bert Van doninck. Een terugblik op het seizoen tot nu toe.

De titelstrijd in de MXGP-klasse lijkt na negen van de zeventien Grote Prijzen uit te draaien op een spannende driestrijd tussen titelverdediger Antonio Cairoli (Italië) en onze landgenoten vice-wereldkampioen 2013 Clément Desalle en de opkomende ster Jeremy Van Horebeek. Desalle won zondag jl. beide manches in de GP van Frankrijk – een feit dat de tv-kijkende liefhebber van motorcross niet ontgaan zal zijn nu de VRT op Sporza weer aanpikt met uitzendingen van de MXGP. Van Horebeek scoorde de derde en de tweede plaats. In de eindrangschikking van de GP van Frankrijk waren Desalle en Van Horebeek één en twee, voor Cairoli.

Desalle toonde zich in de afgelopen drie Grote Prijzen in vijf van de zes manches de sterkste en nadert in het voorlopig klassement voor het wereldkampioenschap leider Cairoli tot op twintig punten. Dat verschil is weinig als je weet dat in de komende acht Grote Prijzen er nog maximaal vierhonderd te verdienen vallen. Van Horebeek neemt in de voorlopige rangschikking de derde plaats in op slechts vijftien punten achterstand op Desalle. Kevin Strijbos, de derde Belg in de top van de MXGP, staat op de vierde plaats, weliswaar op ruime achterstand op Van Horebeek maar toch ook met een ruime marge op vijfde man Gautier Paulin (Frankrijk).

Van Desalle werd verwacht dat hij gaandeweg het seizoen naar een topvorm zou groeien. Hij kende vorig jaar een sterk seizoeneinde maar tijdens de MX der Naties eind september 2013 liep hij een zware schouderblessure op. De behandeling van en de recuperatie na die blessure vergde veel tijd waardoor hij dit jaar met een trainingsachterstand begon. Sylvain Geboers, general manager van het Suzuki-team waarvoor Desalle rijdt, hield dan ook rekening met een minder sterke seizoenstart 2014. Maar toch was Desalle toen al goed voor podiumplaatsen. Bij de vijfde GP wist hij al een eerste manche-overwinning te boeken.

Op een wolk

FMB/BMB bondscoach Joël Smets zegt dat Desalle momenteel zowel fysiek als mentaal tegen zijn beste vorm aanleunt. “En als je vijf van de laatste zes manches wint, dan leef je op een wolk – in positieve zin. Dat kan risico’s inhouden maar ik zie die niet voor Clément. Hij is nuchter en realistisch genoeg,” aldus Smets.
Is Cairoli dit jaar minder dominant en kan hij ook fouten maken? Smets oordeelt dat de Italiaan niet minder sterk is en dat hij in het verleden ook al fouten maakte. “Maar het verschil is dat de concurrentie er in het verleden niet zo van geprofiteerd heeft. Die concurrentie is dit jaar ook wat breder geworden. In de GP van Spanje was Cairoli in de eerste manche zesde. Je moet ver teruggaan in de statistieken om dergelijke uitslagen van hem te vinden.”

Smets stipt eveneens aan dat er al vorig seizoen in de persoon van Jeremy Van Horebeek en Gautier Paulin twee jonge leeuwen van de MX2 naar MXGP waren overgekomen die zich niet meteen neerlegden bij de suprematie van Cairoli. “Het is misschien raar om te zeggen, maar het lijkt erop alsof nu het collectieve vertrouwen van de tegenstanders gegroeid is. ‘De’ tegenstanders hadden tot voor kort te veel respect voor Cairolo en te weinig het geloof dat ze hem konden kloppen.”
De bondscoach stelt dat Jeremy Van Horebeek heel het jaar al op een hoog niveau presteert. Van Horebeek is dit jaar inderdaad steevast vooraan te vinden en het wachten is op een manche- of GP-overwinning. Zo’n eerste zege is voor hem overigens geen obsessie. “Zo lang ik podiumplaatsen kan blijven rijden, ben ik tevreden. Ik heb tot nu toe de meeste podiums van allemaal gereden. Consistent blijven, altijd bij de eerste drie rijden is het beste wat je kunt doen. Op het einde van het seizoen wordt dat beloond,” weet Van Horebeek. Voorlopig moet hij bij de start nog wat inleveren ten opzichte van de anderen, maar hij weet dat tijdens de wedstrijd altijd goed te maken.

Jongeren

Niet alleen in de topklasse draaien de Belgen goed. Ook bij de jongeren komen Belgische talenten op de voorgrond. De motorcross kent in ons land de laatste jaren problemen, vooral op het vlak van trainingsmogelijkheden. Maar desondanks komt talent boven drijven. Opvallend is dat het juist rijders zijn die zich de inspanning getroosten om al op jonge leeftijd de stap naar het buitenland te zetten om er te trainen en aan kampioenschappen deel te nemen.
De veertienjarige Jago Geerts is in de 85 cc-klasse op Europees niveau bezig aan een sterk seizoen. Geerts – onlangs nog winnaar van het Open Nederlands Kampioenschap in die klasse – behaalde afgelopen weekend een eerste en een tweede plaats in de Nederlandse ronde voor het EK85 regio noord-west-Europa. Hij neemt na drie wedstrijden de tweede plaats in achter Jorge Prado Garcia, een Spanjaard (met Belgische licentie). Het verschil tussen beide rijders is slechts tien punten. Jago Geerts is nu ook zeker van een plaats in de Europese finale op 12 en 13 juli in Finland.

Geerts wordt begeleid door Motorsport Future, een initiatief van Joël Smets. Smets noemt hem bescheiden, clever en iemand met veel sportieve intelligentie. “In het zand is Jago een absolute topper,” zegt hij. Smets’ collega FMB/BMB bondscoach Yves Devlaminck (die zich met de junioren bezig houdt) is ook vol lof over de jonge rijder: “Ik heb hem gezien tijdens een wedstrijd in Frankrijk in modder en slijk op een betonharde baan. Dat kende hij niet, want hij had enkel in zand gereden. Maar de manier waarop hij dat weekend heeft gereden, was een illustratie van zijn talent: veilig, slim, technisch… Indrukwekkend. Het eindresultaat was nog niet top. Dat maakt voor mij niet uit, het is vooral de manier waarop hij werkt. Echt een fenomeen.”

Ten slotte is er nog de achttienjarige Brent Van doninck die jaar in de EMX 250 cc-klasse (in het kader van enkele Europese Grote Prijzen) uitkomt. Zijn seizoenstart was wat mager, maar twee tweede plaatsen bij de proef in Groot-Brittannië op 25 mei leverden hem de eindoverwinning én de derde plaats in het tussenklassement op. Joël Smets houdt die nevenwedstrijden bij de GP’s ook in het oog. “Ik ging ervan uit dat voor hem een top-vijf-klassering mogelijk. Maar Brent bleef in het begin van het jaar wat onder de verwachtingen. Door die twee knappe reeksen in Engeland heeft hij veel rechtgezet. Het EMX-250 kampioenschap is een heel ‘open’ titelstrijd: niemand steekt er echt bovenuit. Zeker tien, vijftien rijders kunnen allemaal een podiumplaats behalen.”