Benelux Trophy Superbike Nurburgring: Brink blijft winnen
De vierde race voor het kampioenschap der Lage Landen vond afgelopen weekend plaats op het GP-circuit van de Nürburgring. Ricardo Brink liet de sessies van het vrij-rijden op vrijdag voor wat ze waren en moest misschien daarom de pole position laten aan zijn landgenoot Pepijn Bijsterbosch, nog zo’n klasbak die jaren in het team van Werner Daemen in de IDM uitkwam en de Nürburgring dan ook kent als zijn broekzak.
Brink trad nog maar voor de tweede maal aan op het circuit in de Eifel. Van Belgische zijde deden Yan Ancia en Sander Claessen er alles aan om het de Nederlanders moeilijk te maken waarbij Claessen in de openingsrace als eerste zijn Aprilia door de startbocht puurde en Ancia deed hem dat na in de tweede wedstrijd, maar er was geen kruid opgewassen tegen Brink-Bijsterbosch. Claessen kon de leiding een goeie ronde vasthouden en Ancia iets langer, maar eens de Hollandse trein, Brink-Bijsterbosch, op stoom was gekomen gingen ze erop en erover.
Het was BMW-rijder Bijsterbosch die het Brink nog het moeilijkste kon maken, maar uiteindelijk kon ook hij deze niet van de dubbel houden. Met zeven racezeges op acht gaat Brink ruim aan de leiding in de tussenstand van de Benelux Trophy, voor Peeters en Ancia. Limburger Ancia mocht tweemaal als derde op het erebordes, hij kon het gevecht winnen met Claessen om het laatste podiumplaatsje. Claessen dus tweemaal op vier.
De plaatsen vijf en zes waren in beide races ook voor dezelfde personen met Thijs Peeters en Toine Gierkink. Voor deze laatste was het zijn eerste race in de Benelux Trophy. Achter dit zestal streden een handvol rijders verwoed voor plaatsen in de top tien, met Kees Boekel (7-val in de openingsronde), en verder Charl Van Gysel(11-7), Ouri Bikkems(9-8), Patrick Vandereecken(10-9) en Arnaud Mulders(8-10), waarbij de verschillen soms minimaal waren.
Supersport : Smits wint, Lambrecht doet goeie zaken
De 600cc rijders, die samen met de ‘zware kanonnen’ de baan op mochten, reden een wedstrijd in de wedstrijd, maar tijdens de qualifs maakten drie rijders, Twan Smits, Bram Lambrechts en Jef van Calster al meteen duidelijk, door alle drie scratch in de top tien te rijden voor heel wat SBK-motoren, dat ze niet uit de weg zouden gaan voor de zwaardere cilinderklasse.
Zij waren 7, 8 en 9 op de grid na Q1 en Q2. Twan Smits, die in Oschersleben beide manches van de SSP bij de laatste IDM-wedstrijd won, was een klasse te sterk, ook al omdat inhalen van de SBK’s, op het snelle en vloeiende circuit van Nürburg, soms geen sinecure was. Daarbovenop had Smits een kanonstart wat hem meteen een ruime voorsprong gaf. Lambrechts werd tweemaal tweede en neemt zo de leiding in de tussenstand terug over van Van Calster die tweemaal als derde op het podium mocht. Kenny Meersman, die naast de SSP600 ook uitkwam in de Aprilia Cup en dus vier races reed, werd tweemaal vierde.
Wes Kleinfeld won het duel tussen de piloten van het ORS-Team en blijft baas over regerend kampioen Elias Van Roekel. De laatste Nederlander die bijna alle races in de top tien finishte, Rene Bosma, kreeg nu heel wat weerwerk van Joshua Broes(7-7)-Jaimy Deleersnyder(8-9), -beiden ook in twee klassen en dus vier races actief-, en Wouter De Cooman(9-11), die Bosma(10-8) het vuur aan de schenen legden.
Met zijn twee tweede plaatsen doet Lambrechts goeie zaken omdat hij opnieuw zijn voorsprong uitbouwde op het achtervolgende trio Nederlanders, Kleinfeld-Van Roekel-Bosma.
Tekst & foto’s : Jan Vermeer
Tussenstand BeNeLux Trophy: klik hier
Tussenstand Belgisch kampioenschap: klik hier